Uit de derde evaluatie van de WMO blijkt dat het gebruik van de proefpersonenverzekering nog een aandachtspunt is. Hoewel de evaluatiecommissie de laatste wijziging van het verzekeringsbesluit als verbetering ziet, vraagt de commissie zich af of hiermee de belangen van de proefpersonen in de praktijk voldoende beschermd zijn. Er zijn echter (nog) geen concrete gevallen naar voren gekomen, waarbij de afhandeling van een claim tot een onbevredigend resultaat voor een proefpersoon heeft geleid.

Naast de bevindingen uit de wetsevaluatie, geeft de proefpersonenverzekering regelmatig aanleiding tot vragen. Bovendien is er soms onduidelijkheid over de criteria die gelden voor ontheffing van de verplichting een proefpersonenverzekering af te sluiten (artikel 7, lid 5 en lid 6 van de WMO). Ook de dekking van aansprakelijkheid, die naast de proefpersonenverzekering vereist is, roept regelmatig vragen op.

 

Inzicht in praktijk proefpersonenverzekering

Om deze signalen te kunnen onderzoeken, willen VWS en de CCMO graag inzicht hebben in concrete casuïstiek met betrekking tot de proefpersonen- en de aansprakelijkheidsverzekering. Dergelijke casuïstiek kan immers meer inzicht geven in struikelblokken bij het gebruik van de verzekering.

VWS en de CCMO doen daarom bij deze een beroep op u om situaties aan te melden waarbij het toepassen van de proefpersonenverzekering heeft geleid tot ongewenste gebeurtenissen. De DCRF werkt graag aan deze oproep mee. U kunt daarom deze situaties aanmelden via de DCRF.

Oproep

Hebt u concrete casuïstiek over onbevredigende toepassing van de proefpersonenverzekering? Stuur deze dan naar het e-mailadres secretariaat@dcrfonline.nl, onder vermelding van “Oproep casuïstiek proefpersonenverzekering”.

Denk hierbij aan de volgende situaties:

  • Een ingediende claim die niet naar bevrediging is afgehandeld;
  • Contact met verzekeraars over (aanvullende) dekking;
  • Gevallen waarbij proefpersonen door het onderzoek negatieve gevolgen hebben gehad, maar geen claim is ingediend omdat de verwachting bestond dat de verzekeraar niet zou uitkeren;
  • Gevallen waarbij er onduidelijkheid bestond of een onderzoek in aanmerking zou komen voor ontheffing, maar er toch een proefpersonenverzekering is afgesloten;
  • Het (toch) afsluiten van een proefpersonenverzekering terwijl er gelet op een uitsluitingsgrond naar alle waarschijnlijkheid niet tot uitkering zou komen;
  • Problemen bij de afhandeling van claims op grond van de aansprakelijkheidsverzekering.

De DCRF zorgt dat de meldingen bij de CCMO en VWS terechtkomen.